Grenzen aan zelfstandigheid?
Consultatie met moreel beraad bij vastgelopen woonzorg.
Bij een kleine woonzorg-instelling in een grote stad, woont een licht verstandelijk beperkte jongvolwassen tweeling samen in een appartement. Het gaat om begeleid zelfstandig wonen, maar de twee jongens laten zich niet begeleiden en maken allerlei ongezonde keuzes (eetstoornis, gordijnen dicht, geen dagactiviteiten, geen huisartsbezoek en ze laten slechts 1 begeleider van het hele team toe).
Er zijn ernstige zorgen om hun gezondheid. Betrokken partijen zijn verdeeld: de instelling gaat uit van eigen regie en zelfstandigheid; de ouders van de jongens willen dat er veel krachtiger wordt opgetreden – maar ook de 2 ouders onderling zijn verdeeld.
Het CCE (Centrum voor Consultatie en Expertise) wordt geconsulteerd: het CCE schakelt inhoudelijke experts in: een VG-arts en een psychiater. Daarnaast word ik als gespreksleider moreel beraad gevraagd om de morele vragen te begeleiden.
Doelstelling: alle betrokkenen in gesprek laten komen rond de morele vragen, om samen weer 1 lijn te kunnen volgen in de begeleiding van de tweeling. Begrip over en weer krijgen, en samen de zorg verbeteren. Een serie van 3 moreel beraden werd verspreid over 4 maanden gehouden, met zorgteam, leidinggevende, gedragskundige, de ouders, plus een extern consulent: zij moest op basis van de 3 beraden samen met de begeleiders een nieuw en concreet zorgplan gaan schrijven.
Geslaagd of juist minder succesvol?
Geslaagd:
Ouders en team kwamen in gesprek met elkaar. De eerste keer ging dat niet zo soepel: verwijten bij de ouders en afwerende houding van de zorggroep (vanwege hun waarden “eigen regie en zelfstandigheid”). Maar door consequent doorvragen naar elkaars motieven, de onmacht te delen en samen te zoeken naar doorslaggevende waarden onder de dagelijkse keuzes, kwam er wederzijds begrip.
Minder geslaagd:
De externe consulente vond het toch een lastige klus om dit proces hierna te vertolken in een concreet zorgplan.
Jammer: dat de betrokken jongens (meestal bij dit soort consultaties) zelf niet konden/ wilden meewerken aan de moreel beraden. Deze schade moet ondervangen worden door de meest vertrouwde begeleider in te zetten om wensen en waarden van de jongens namens hen te verwoorden.
Wat was vooraf nodig?
Bereidheid kweken bij ouders en management van het zorgteam om naast de ’technische’ inbreng van arts en psychiater-experts, dit morele gesprek aan te gaan. Want hoeveel medische kennis je ook inbrengt: de echte keuzes blijven moreel.
Data prikken waarop alle partijen en de gespreksleider kunnen (lijkt een open deur maar is toch vaak lastig, dus tijdig mee beginnen !)
Wat kan er van geleerd worden?
Het loont zeer de moeite bij een ‘zorgwekkende zorgsituatie’ om alle partijen / perspectieven samen in een dialoog te brengen; dit geeft een heel andere dynamiek dan een moreel beraad met alleen het zorgteam.
Daarnaast is ook inhoudelijke expertise nodig om de zorg te verbeteren: praten alleen is onvoldoende.
Wacht niet met een morele consultatie tot het CCE erbij betrokken wordt…
Op welke valkuilen moeten anderen letten?
De kunst is om puur gespreksleider te blijven en je niet met de inhoud te gaan bemoeien. Ook niet met de uitwerking in het zorgplan daarna.